Copyright 2017 - De JeugdZaak

Preventie: en vooral de eerste 1000 dagen

 

Door Bert Prinsen op 18-12-2017

 

In de New York Times van 2 juni 2016 schreef Nick Kristoff: “we redden de banken tijdens de financiële crisis, omdat ze te groot waren om te laten vallen, laten we nu onze kinderen redden: ze zijn te klein om te laten vallen”. En daarvoor hebben ouders en hebben wij 1000 dagen de tijd. De eerste 1000 dagen, dat is de periode waarin de basis van hun ontwikkeling en van hun levensloop wordt gelegd. Dan moet het gebeuren!

 

Als we die opgave plaatsen in de manhaftige pogingen om middels transitie en transformatie de jeugdzorg in Nederland te verbeteren, het beroep op de gespecialiseerde en de ambulante jeugdzorg terug te dringen en de duurdere zorg te vermijden, dan wordt het meteen duidelijk dat er één ding vreselijk mist in al die pogingen: preventie.

Niet dat de wetgever dat wil, integendeel. In de jeugdwet wordt manmoedig van preventie en normaliseren van opvoed- en gedragsproblemen gesproken, alsof dat de normaalste en meest vanzelfsprekende zaak van de wereld is. De Wet publieke gezondheid doet daar voor de preventie nog een schepje bovenop. En aan goede intenties ontbreekt het ook al niet. Zoals in het jeugdbeleidsplan van een gemeente stond: in 2014 bereiden we de wijkaanpak voor, in 2015 voeren we de jeugdwijkteams in, in 2016 is de gemeentelijke jeugdzorg op orde en in 2017 is het dan tijd voor preventie. Het is alleen de verkeerde volgorde!

Dat is precies wat ik overal zie gebeuren: de ambulante en de duurdere gespecialiseerde jeugdzorg worden gemeentelijk op orde gebracht. Zo zeer op orde dat er nu zelfs al weer wachtlijsten ontstaan en zo bericht het AD van 13 december, dat gemeentelijke budgetten geregeld overschreden worden. Er komt ook steeds meer zicht op, dat het totale gebruik van de jeugdzorg helemaal niet daalt. Maar ondertussen is er wel een gelijktijdige bezuiniging van 15% ingeboekt. Met als gevolg, zo zeg ik er zelf maar bij, dat er nu geen budget meer overschiet voor preventie.

Dat is nu precies de omgekeerde volgorde! Sommigen spreken zelfs van het paard achter de wagen spannen. De beste periode van preventie, vroegtijdig ingrijpen in de eerste 1000 dagen, is al lang voorbij voor alle kinderen geboren in 2015, 2016 en 2017, als het beleid aan preventie toe dreigt te komen. In onze drang om de zorg voor de zwakkere jongeren in onze samenleving in de gemeenten op orde te brengen hebben we de allerjongsten gewoon laten vallen. Ze moeten het gewoon zonder doen of althans zonder veel meer dan de gebruikelijke goede jeugdgezondheidszorg. Nog steeds wordt bijvoorbeeld de kosteneffectieve, door de WHO aanbevolen interventie VoorZorg slechts mondjesmaat toegepast en zeker niet in alle gemeenten. Nog immer hebben heel weinig ouders de beschikking over laagdrempelige nabije opvoedsteun bij dagelijkse zorgen en problemen met hun kinderen in de eerste levensjaren. Misschien wel als gevolg van het schrappen van die opvoedsteun uit de Wet maatschappelijke ondersteuning.

Daarom is het hoog tijd dat de preventieagenda – met meer dan alleen de aandacht voor roken, voeding en depressie - van de Nederlandse jeugdsector nu eens serieus ter hand wordt genomen in de komende tijd. De banken kunnen zichzelf wel weer redden. De allerjongsten hebben om 1001 redenen meer onze steun nodig . Al die ouders, die via internet, mantelzorg en vrijwilligerswerk toch al zo veel zelf doen, verdienen die steun.