Copyright 2017 - De JeugdZaak

Wijkteams zijn duurder?

 

Door Bert Prinsen op 31-01-2019

 

Medio januari 2019 berichtte het CPB over de verhoging van de zorgkosten met 14% in de jaren 2015-2017. Dat is het geval in gemeenten waar wijkteams van zorgaanbieders opereren in vergelijking met gemeenten, waar een Wmo-zorgloket opereert. Een interessant bericht, dat direct meer vragen oproept dan antwoorden geeft. Waar de eerste reactie is, zie je wel, daar gaat het al mis, zijn we weer duurder uit, leidt een nadere beschouwing tot wat andere gedachten.

 

Zou het kunnen dat nu eindelijk allerlei zorgen het licht zien – eenzaamheid, depressie, verwaarlozing, ondervoeding, etc. – die er eerder ook waren, maar die door met name de oudere bewoners onder de pet werden gehouden. Er werd niet naar gekeken noch naar gevraagd en dus waren de problemen er ook niet. Nu wijkteams dichterbij de mensen komen, achter de voordeur kijken, aan de keukentafel komen zitten, valt het ineens wel op. En stijgt de vraag.

Zou het daarnaast kunnen dat die wijkteams meer zien en signaleren, maar dat ze tegelijk nog niet voldoende zijn toegerust en/of nog niet voldoende capaciteit hebben om al die “nieuwe problemen” ook zelf het hoofd te bieden. En dat de gebruikelijke verlegenheidsreactie opkomt om dan maar door te verwijzen naar een meer gespecialiseerde zorgverlener. Of eigenlijk om door te verwijzen naar een collega, die wel is toegerust en dat van oudsher al was.

Zou het tenslotte kunnen, dat de transítie wel geslaagd is – de zorg voor jong en oud – ligt nu in handen van de gemeenten, maar dat de transformatie nog niet eens halverwege is. Dat er nog niet zo heel anders – namelijk met meer regie bij de gebruiker, preventiever, snellere en vroegere hulp, minder intramurale zorg – wordt gewerkt. Of in elk geval minder anders dan de beleidmakers beoogden. Dat zoals Tom van Yperen bij het afscheid van de Transitieautoriteit Jeugd opmerkte “in 2025 het jeugdbeleid 180 graden zal zijn gedraaid: er wordt flink geïnvesteerd in preventie en jeugdhulp in de wijk, op school en in de kinderopvang, in effectieve kleinschalige hulpvormen die zo thuis mogelijk worden uitgevoerd, in een grondige opleiding van personeel en bestuurders, in afbouw van oude systemen, in het opheffen van scheidslijnen tussen bijvoorbeeld onderwijs en jeugdhulp of belemmerende grenzen van 18-/18+”. Kortom dat er meer tijd nodig is voor zo’n grondige renovatie en innovatie van het systeem.

Als dat ook zou kunnen, zijn die cijfers juist een aanmoediging om met kwaliteit en continuïteit op de ingeslagen weg door te gaan met getransformeerde en te transformeren wijkteams. Dan blijkt net zoals in Denemarken, de kost voor de baat uit te gaan. Volhouden dus en vooral krachtig en effectief blijven innoveren.

 

Nabrander: In hoeverre wijkteams in staat zijn om passende zorg te leveren, komt– hoewel niet minder interessant – in het rapport verder niet aan de orde. De reden hiervoor is even praktisch als simpel: gegevens over het gebruik van tweedelijnszorg (en dus de mate van afschaling) zijn eenduidiger en betrouwbaarder dan data over de kwaliteit en de inhoud van de zorg.. Daarmee is niet gezegd dat de effectiviteit van de zorg die gemeenten inzetten, op geen enkele manier getoetst kan worden. En ook niet dat het nu niet effectief is. We hopen dan ook dat deze studie een aanzet is voor vervolgonderzoek waarbij de effectiviteit van verschillende wijkteambenaderingen centraal staat.

Passend en efficient

Een belangrijke factor in de genoemde opties is het kennisniveau van Wmo-consulenten en andere gemeentelijke medewerkers in wijkteams. Hoe beter deze medewerkers opgeleid zijn, hoe beter ze in staat zullen zijn om zelfstandig de juiste keuzes te maken. Omgekeerd vergroot een laag kennisniveau bij gemeentelijke medewerkers de afhankelijkheid van de kennis van aanbieders. Naast ontwikkeling van gezamenlijke zorginhoudelijke kennis kunnen kostenbewustzijn en het omgaan met druk vanuit cliënten of aanbieders ook onderwerp van training zijn. Een recent SCP-rapport (en de daarin opgenomen verwijzingen) geeft aan dat gemeenten doorlopend bezig zijn met het verder trainen en opleiden van wijkteammedewerkers, om zodoende het keukentafelgesprek verder te verbeteren.